Willem J. Ouweneel

Emeritus hoogleraar

Publicist

Schrijver

Spreker/prediker

Willem J. Ouweneel

Emeritus hoogleraar

Publicist

Schrijver

Spreker/prediker

Blog Post

Het fenomeen Donald Trump en de geloofscrisis van miljoenen Amerikanen

14/01/2021 Column

In totaal ben ik zeker meer dan twintig keer in de Verenigde Staten geweest, de laatste keer in 2019. Ik heb bijna de helft van alle Amerikaanse staten bezocht vanwege conferenties, preken en lezingen. Zo heb ik de ‘evangelische’ christenen van Amerika aardig leren kennen. Ik heb mij dan ook intensief verdiept in het feit dat zoveel ‘evangelische’ Amerikanen zo blindelings achter Donald Trump aan liepen. Enkele van de redenen heb ik uiteengezet in een boek van mij, dat enkele jaren geleden verscheen in Toronto: The World Is Christ’s. Daarin leg ik uit dat Amerika nooit een traditie van christelijke politiek heeft gekend. De stichters van de Verenigde Staten hebben daar heel bewust voor gekozen – anders dan Europa, waar vele landen christelijk-politieke partijen hebben gekend én kennen. Miljoenen Europeanen hebben geloofd in een politieke visie die uitgaat van christelijke normen en waarden.

In Amerika is dit in wezen onbekend. Zo zijn Republikeinen helemaal niet ‘christelijker’ dan Democraten. Sterker nog: de nieuw gekozen (Democratische) president, Joseph Biden, is de eerste president sinds decennia die een regelmatige kerkganger is. Het verschil tussen Republikeinen en Democraten is niet dat tussen meer of minder christelijk, maar tussen ‘rechts’ en ‘links’. ‘Rechts’ betekent: een zo klein mogelijke overheid en lage belastingen, met als gevolg: het steeds verder versterken van de enorme tegenstelling tussen rijk en arm. ‘Links’ betekent: een overheid die zo groot is en genoeg middelen heeft om op te komen van de zwakken en armen in de samenleving. Immers, alleen als je geld hebt, kun je in Amerika studeren, kun je goede medische zorg ontvangen en kun je een coronavaccin bekostigen. Een partij die zulke rechtsongelijkheid in stand houdt, is niet christelijk.

Of neem een ander voorbeeld: Republikeinen zijn ‘pro-life’ (dus tegen abortus) en Democraten zijn ‘pro-choice’ (laten de vrouwen zelf kiezen voor of tegen abortus). Moeten christenen daarom Republikeins stemmen? Nee: volgens sommige commentatoren hebben de Democratische presidenten Clinton en Obama in feite méér hebben gedaan om abortus terug te dringen dan de Republikeinse presidenten, en wel door de levensomstandigheden van arme en kwetsbare vrouwen te verbeteren, zodat zij minder in een noodsituatie belanden die hen tot abortus dwingt.

Maar wat Trump betreft moeten we nog een andere factor noemen: het ‘populisme’. Miljoenen Amerikanen voelden zich noch door de Republikeinse, noch door de Democratische ‘elite’ vertegenwoordigd. Zij stemden op Trump omdat hij een buitenstaander was, een ‘populist’, die de Washingtonse ‘elite’ zou opschudden. Bij hen ging het niet zozeer om abortus of Israël, maar om de ‘frisse wind’ die met hem ging waaien. Een grote massa ziet in Trump een soort ‘halfgod’, wiens leugens zij blindelings geloofden én nog geloven. Nog steeds zijn zij ervan overtuigd dat de verkiezingen vervalst zijn, ook al hebben meer dan tachtig rechters (van wie velen door Trump waren aangesteld!) geen bewijs daarvoor kunnen vinden.

Nogmaals, in Amerika bestaat principieel geen ‘christelijke politiek’ (wel uiteraard ‘politiek door christenen’, maar dat is iets anders). Dus wat doet de Amerikaanse christen-kiezer? Hij vraagt niet naar een ‘christelijke’ kandidaat, maar naar één die enkele belangrijke standpunten van de kiezer verdedigt. Als de kandidaat tégen abortus en de ‘elite’ en vóór Israël is, dan is menige kiezer al dik tevreden. Of die kandidaat verder een rokkenjager, aartsleugenaar, opschepper, narcist, volbloed racist, autocraat (iemand die constant de grenzen van de democratie opzoekt) is, iemand die rechters, ministers en generaals als zijn persoonlijk eigendom beschouwt en ze constant naar zijn hand probeert te zetten – dat is misschien vervelend, maar toch van ondergeschikt belang. Je vraagt in Amerika immers niet of de man een christen is? Als de man maar tegen abortus en de ‘elite’ en vóór Israël is, dan is dat genoeg. Hij mag dan nagenoeg niets tegen Covid-19 hebben ondernomen (wat, neemt men aan, tienduizenden doden extra heeft gekost) – het zij hem vergeven. Hij mag (als aartsracist) Black Lives Matter demonstraties keihard neerslaan, maar blanke extreem-rechtse radicalen (Proud Boys, QAnon, neonazi’s) de hand boven het hoofd houden – dat is minder erg.

Nu heeft Trump onlangs twee van de ergste dingen gedaan die een president zou kunnen doen: hij heeft twee weken geleden een uur lang zware pressie met dreigementen uitgeoefend op ‘secretary of state’ Brad Raffensperger in Georgia om 11.780 stemmen tevoorschijn te toveren, waardoor Trump alsnog in die staat de winst zou behalen. Dat is aanzetten tot fraude. Gelukkig hield de man (een Republikein!) de rug recht. De tweede misdaad was dat Trump woensdag een menigte aanhangers 70 minuten lang met gezwollen leugens opruide en aanzette om naar het Capitol te gaan en daar met harde hand te verhinderen dat Biden tot winnaar van de verkiezingen zou worden uitgeroepen. Dat is precies wat er gebeurde: een menigte relschoppers en radicalen nam het Capitol in bezit, richtte daar een ravage aan, onderbrak de zitting van het Congres en bedreigde de Congresleden. Dat is aanzetten tot geweld. We weten nu dat de oproerkraaiers zelfs kwamen met het uitdrukkelijke doel om zowel Mike Pence als Nancy Pelosi en eventueel anderen te vermoorden. En we weten ook dat Trump tijdens het hele oproer gnuivend door het Witte Huis liep en geen vinger uitstak. (De on-Trumpiaanse, deels leugenachtige woorden die hij de volgende ochtend uitsprak, waren hem kennelijk door zijn omgeving opgedrongen en heeft hij achteraf betreurd.)

Dit is wat ik eerder schreef: Trump kan alleen nog winnen via een staatsgreep. Dat probeerde hij op 6 januari 2021 – en faalde. Pence en Pelosi bleven gespaard, de ergste boosdoeners zijn opgepakt. Maar wat ik het ergste vind: er lijken miljoenen Amerikaanse christenen te zijn die Trump nog steeds verdedigen, nog steeds roepen dat de verkiezingen ‘gestolen’ zijn en Trumps couppoging bagatelliseren. Dat is niet alleen een politieke crisis, maar een geloofscrisis.