195 Corona – stoerheid versus bangelijkheid
Wat corona betreft, heb je twee soorten christenen: de stoeren (‘je moet op God vertrouwen’) en de bangelijken. Die laatsten kan ik begrijpen; als je ziet welke verschrikkingen het virus heeft aangericht, wil je het niet graag krijgen. Die eerste groep kan ik ook begrijpen; ik ben 76, maar heb geloof ik maar één keer een spreekbeurt afgezegd (helemaal in het begin, uitnodiging uit hartje Brabant). Maar het gaat me wel irriteren als ik zie hoe deze groep met christelijke principes schermt. Zo las ik pas bij de theoloog Arnold Huijgen: ‘In mijn omgeving hoor ik veel mensen die samen zingen essentieel vinden voor de kerkdienst, maar kerkenraden durven het nog niet aan. Is de kerk opgericht om risico’s te voorkomen? Is de navolging van Christus een kwestie van je aan de regels houden?’
Sorry, maar dat vind ik absurd. Tot de navolging van Christus hoort ook dat kerkenraden zorg dragen voor de gemeenten die aan hen zijn toevertrouwd en dat christenen voorzieningen treffen voor moeilijke of zelfs gevaarlijke omstandigheden (zie bijv. Deut. 22:8; Luk. 22:36). Een drukke weg steek je ook niet blindelings over, omdat je als volgeling van Christus helemaal op Hem vertrouwt. Als virologen hebben aangetoond dat zingen in de kerk de kans op infectie enorm verhoogt, dan ben je een slechte volgeling van Christus als je de gemeente daaraan prijsgeeft. Natúúrlijk willen we zingen in de kerk; maar Paulus heeft gezegd dat dat vooral in je hart moet (vgl. Ef. 5:19; Kol. 3:16). Er zijn kerken in Nederland en daarbuiten (vooral in Amerika) geweest die zich, vooral in de begintijd, niets van de regels aantrokken en daardoor het virus enorm verbreid hebben. Ik weet van veel Amerikaanse voorgangers die zo handelden, van wie één inmiddels aan corona is overleden en een ander het ernstig te pakken heeft (om over Trump maar te zwijgen). Ik zou tegen Huijgen wil zeggen, ‘braafheid’ is inderdaad geen vrucht van de Geest – maar ‘stoerheid’ ook niet.
Ook de Urkse dominee A.C. Uitslag behoort tot de ‘stoeren’. Hij stelde dat kerken coronamaatregelen accepteren ‘alsof het goddelijke wetten zijn’. Zo’n kerk ken ikzelf niet; ik ken wel gemeenten die worstelen met de vraag hoe de voorschriften zo creatief mogelijk konden worden toegepast. Uitslag zei dat ‘de overheid in het begin van de crisis te ver is gegaan door de vrijheid van kerken in te perken.’ Ja, dat is makkelijk praten achteraf. We wisten nog niets van het virus, maar we wisten wel dat het groot onheil aanrichtte. Dan is het goedkoop om achteraf zeggen dat de overheid te veel of te weinig deed.
Uitslag: ‘Als het gaat om hoe de overheid richting de kerk opereerde, vraag ik mij af of er een inbreuk is geweest op de scheiding tussen kerk en staat.’ Wat die scheiding tussen ‘kerk en staat’ inhoudt, lijken maar weinig mensen te snappen. De staat bemoeit zich niet met de geloofsopvattingen van de kerk, maar wel met de publieke gerechtigheid, bijvoorbeeld met het geluid dat een kerkdienst produceert in een dichtbebouwde wijk (bijv. harde muziek om 7 uur op zondagochtend); is dat je inmengen in de ‘vrijheid’ van een kerk? Ja – maar dat is omdat jouw vrijheid nooit ten koste van anderen mag gaan. Daarom moet de overheid zich ook uitspreken over corona en kerkdiensten, omdat besmette kerkmensen een gevaar voor de samenleving vormen. In het begin schijnt het virus vooral verspreid te zijn door volle kerken én volle stadions. Mag de staat daar niets van vinden?
Uitslag zegt ‘dat kerken mans genoeg zijn om hun eigen verantwoordelijkheid te nemen’. Tot in grote mate wel – maar een kerkenraad bestaat niet uit virologen die weten hoe je het beste een veilige kerkdienst kunt houden. Trouwens, kerkdiensten zijn nooit verboden, zoals Uitslag suggereert. Integendeel, de overheid heeft met haar ‘intelligente lockdown’ ook de kerkenraden zoveel mogelijk vrijheden gelaten. Áls de virusgolf maar ingedamd werd. Zelf kom ik in een gemeente waar de diensten altijdzijn doorgegaan – een tijdlang met niet meer dan dertig aanwezigen.
Gelukkig zegt Uitslag ook: ‘Hier en daar wordt geroepen dat de maatregelen zijn genomen om de kerken dwars te zitten. Dat is onterecht!’ Ik heb die geluiden ook gehoord: de maatregelen zijn een aanval van Satan, om kerkdiensten onmogelijk te maken. Ook heeft Uitslag gelijk als hij zegt dat livestream-diensten een noodoplossing zijn en dat online diensten niet op hetzelfde niveau als fysieke diensten staan. Maar vervolgens beweert hij dan toch weer dat ‘onze grondrechten’ zijn aangetast. Onjuist. Onze vrijheden zijn ingeperkt, ja – niet omdat wij christenen zijn, maar omdat wij met onze vermeende rechten het virus massaal op onze medeburgers kunnen overbrengen. Uitslag: ‘Mag de overheid zo sterk de bewegingsruimte van de kerk aantasten dat mensen langere tijd niet naar de kerk kunnen gaan?’ Gewoon onwaar. Talloze gemeenten zijn al die maanden rustig doorgegaan. Natuurlijk, kwetsbare mensen bleven weg – maar dat lag niet aan de overheid, maar aan het virus. De voedselwetten van Daniël hebben daar helemaal niets mee te maken. En de Halsema–Hillsong-affaire (hoe kwalijk ook!) is van een heel andere orde. We moeten geen appels met peren vergelijken.
Ik moet wel zeggen dat de Hersteld Hervormde gemeente in Staphorst het flink bedorven heeft voor de rest door zich niet aan alle regels te houden. Wél wat het aantal bezoekers en de anderhalve meter betreft, maar niet wat het zingen betreft. Ze zingen daar nog steeds op volle sterkte en ‘vertrouwen op God’, zoals een kerklid zei, dat dat niet tot besmettingen leidt. Gevolg: nu mogen we allemaal nog maar met dertig mensen samenkomen zónder te zingen. Bedankt, Staphorst… En nu zal er nog méér geroep ontstaan dat de overheid onze ‘grondrechten’ met voeten treedt…